Hoerastemming alom de afeglopen week: rode wijn voor het slapengaan zou ons officieel verslanken! En niet zomaar een belachelijk half glaasje, nee, een halve fles liefst. Huh? Deze vrolijke conclusie zou voortvloeien uit onderzoeken van de Washington State University en van Harvard. Betrouwbare academische bronnen, toch? Zeker, alleen kan niemand die bewuste studies blijkbaar alsdusdanig terugvinden…Jammer
Al jaren bestuderen wetenschappers het polyfenol genaamd resveratrol. Deze chemische stof zou onder meer een gunstige invloed hebben op onze stofwisseling en onze gezondheid. Dat bleek uit een onderzoek dat 20 jaar geleden al in The Lancet werd gepubliceerd. Resveratrol zit in de schil van blauwe druiven, waarvan uiteraard wijn gemaakt wordt. Vele wijnliefhebbers dromen dan ook van een rechtstreeks verband tussen het nuttigen van rode wijn en een bloeiende gezondheid.
In de pers verscheen deze week het hoerabericht dat die droom bewaarheid wordt. Twee glazen voor bedtijd en we zouden zowaar afslanken. Alle schuldgevoelens weg en iedereen aan de rode wijn voor het slapengaan! Zo klonk het, maar klopt dat allemaal wel?
Rebecca Phillips van de Washington State University over het onderwerp. Resveratrol zet ‘wit vetweefsel’ om in ‘beige vetweefsel’, dat meer calorieën verbrandt. Een polyfenol als resveratrol vermijdt dat onze vetcellen nog meer vet krijgen en helpt zo bij de omzetting van overtollige vetten in warmte. In die zin is de stof dus nuttig in de strijd tegen overgewicht, omdat het erger mee kan voorkomen.
Maar er is meer, helaas… Resveratrol zit, net als andere polyfenolen, in druivenschillen. Veel van die polyfenolen met gunstige effecten gaan echter verloren bij het proces van wijnmaken. Er blijft uiteindelijk slechts een fractie van over in het eindproduct. Bovendien stellen de wetenschappers dat niet de resveratrol op zich zo belangrijk is dan wel het geheel van polyfenolen in vruchten als druiven, appels, aardbeien en bosbessen. Het is dan ook beter om de hele vrucht zelf te eten. Best twee à drie porties per dag, om op 340 gram te komen. Uit proeven op muizen blijkt dat een voor de diertjes evenredige hoeveelheid fruit zorgde voor 40 procent minder gewichtstoename.